Maandag 30 mei. Lombok verkennen. De slow boat kan blijkbaar niet aanmeren op Gili Meno, dus moet iedereen naar de noordkant van het eiland. Hier kunnen we op de boot. Een blanke moslima kijkt chagrijnig en arrogant. Ze denkt als enige niet mee te kunnen of wil geen natte voeten. Iedereen wachten, maar ze doet het dan toch. Rugzak af en laten omrollen. De dame naast haar zet de rugzak maar iets verderop. Kenmerkend. Net als de moskee op ’t eiland. Niemand lijkt op Meno moslim, maar toch schreeuwt iemand hier elke dag door de karaoke-set. Een uur later zijn we in Bangsal op Lombok. Iedereen biedt vervoer aan. Een paar honderd meter van de haven beweert iemand dat er geen homestays in Bangsal zijn. Maar hij kan wel voor een taxi naar Singgigi zorgen. Ben er toch net langs één gelopen. Oh? Ik loop terug en hij snelt naar de eigenaar van de homestay om z’n commissie veilige te stellen. Inchecken bij Lombok Café. Kamer met fan. Half werkende deur, geen douchekop. Maar met prachtig uitzicht op de bergen. Dit café is tevens het startpunt van de 4-daagse boottocht naar Flores later deze week. Te regelen bij de andere balie. De folder geeft een prijs van 1,8 miljoen roepie. Dan komt de eigenaar met dezelfde folder, maar voor 2 miljoen. Tja, moet ik hem toch uitleggen dat een verandering in prijs binnen een minuut niet echt betrouwbaar overkomt. Hij probeert het nog met dat niet alles in de oude prijs zat. Helaas de folder zegt van wel. Okay, hij doet het voor 1,8 miljoen roepie.
Op de scooter langs de kust naar het noorden van Lombok. Door rijstvelden en dorpjes. Prachtig. Hele groepen oogsten de rijst. Opvallend is dat in elk dorp tenminste een moskee in aanbouw is. Bekend model. Waarschijnlijk gesponsord door de regering. Bij de Tiu Kelep falls de scooter parkeren voor 10.000 rp. Entree park is nog eens 10.000 rp en ik heb natuurlijk een gids nodig van 100.000 rp. “Is voor de lokale gemeenschap” aldus de jongeman. Eerder voor de tien mannen die hier de hele dag rondhangen. Zonder overbodige gids het pad volgen het dal in naar de waterval. Een lange stroom water die langs de rots naar beneden valt. Fraai. Dan het pad volgen naar de andere waterval. Soms de rivier doorwaden, over een aquaduct lopen en een mooi pad door het bos volgen. Half uur later (na even geschuild te hebben voor de regen) ben ik bij de Sendang Gile falls. Zeer de moeite waard. Schuilen voor een stevige bui en weer omhoog. Bij de scooter vraagt de jongen die de helm brengt 5.000 rp. Ik vertel hen dat ik al betaald heb en blijkbaar twee keer de prijs. Hoop blabla over een vergissing, maar helaas ook deze mannen liegen collectief. Jammer weer. Ik ga verder en doe een detour. De asfaltweg gaat over in een natte leemweg. Opletten. Ik kom zo wel door schattige boerendorpjes met vriendelijk zwaaiende kinderen. Helemaal top. Na 5 km zit Ik weer op de asfaltweg en rijd terug naar Bangsal. Lekker dagje toeren.
Dinsdag om 5:00 uur gaat de speaker van de moskee een half uur op max. Oordoppen zijn niet afdoende. Om 7:50 uur beneden in het restaurant. Sorry sir, de keuken is er pas over 20 minuten. Tja. Blijkbaar heeft één van de jongens bedacht dat dat toch wat te gortig is. Pannenkoek banaan met Lombok koffie? Klinkt goed. Dan de papieren van de scooter in ontvangst nemen (was hij vergeten gisteren). Ik rijd naar Singgigi langs de kust. De scooter is gammel, de banden sporen matig, zijn wat gladjes, de linker spiegel hangt erbij en de achterrem is zwak. Allemaal tot daar aan toe, maar het belangrijkste onderdeel van de scooter is kapot. De toeter. Toch echt onmisbaar hier. De weg slingert, klimt en daalt. Het uitzicht over de zee, met de Gili’s op de achtergrond, is geweldig. Het koraal langs de kust is hier en daar goed te zien in het heldere water. Genieten. Van Singgigi door naar Mataram. Door rijstvelden en langs kleine shopjes. Tot ik stil val. De scooter wil niet meer starten op de accu en niet met de kickstart. Ik heb net getankt, dus dat is het ook niet. Balen. Gelukkig stopt er een jongeman. Hij probeert het ook zonder resultaat. Hij spreekt geen Engels, maar brengt me wel naar de scootersleutelaar iets verderop. De sleutelaar maakt de bougie schoon. Nog steeds niets. Hij vertelt dat we naar de specialist moeten. Verder met twee scooters door het drukke verkeer. Bij de specialist wordt de scooter ontleed. Lijkt een kapotte accu. In ieder geval leeg. Of ik een nieuwe wil kopen? Leg uit via Google Translate dat het een huurscooter is. We bellen de eigenaar maar even. De accu schijnt net vervangen. Verder zoeken dus. Andere accu erin en starten en lopen. Maar ook rook naast de accu. Kap eraf en dan blijkt er wat doorgebrand te zijn. Twee nieuwe onderdeeltjes en 3 uur verder is het euvel verholpen. Okay, de toeter was niet het belangrijkste onderdeel. En doet het overigens weer. Op de terugweg even de bergen in naar een uitzichtspunt. Ik kom door kleine bergdorpjes, over smalle bochtige straatjes. De weg gaat over op kapot beton, alleen berijdbaar per scooter. Hier en daar zijn gaten met zand en/of stenen gedicht. Het uitzicht over het dal, met de groen bomen en struiken is prachtig. In de verte de zee. Was de moeite waard. De terugweg door de bergen. Schitterende weg, veel bochten en wat regen. Na het buitje afdalen naar de kust. Op de railing zitten een honderdtal aapjes te kijken. Waarschijnlijk wachten ze op voedsel van passanten.
’s Avonds wordt er druk geklust met de flex. Ik hint vriendelijk dat dit niet aantrekkijk is voor toeristen. ‘This is Indonesia’ is het verweer. Om tien uur toch maar vriendelijk verzocht te stoppen. Maar we zijn net gestopt, hoor. Opvallend. Net als de mentaliteit van de gemiddelde burger, uit de toeristenindustrie, op Lombok.