Zaterdag 16 april. Er loopt een fraai spoor door de jungle van Maleisië. Van noord naar zuid. Moet ik natuurlijk ervaren. Vanuit Cameron Highlands met enige moeite een minivan naar Gua Musang weten te organiseren. De chagrijnige chauffeur brengt zes toeristen naar de binnenlanden. Een paar uur later staan we aan de rand van het dorp en worden gesommeerd onze bagage uit de bus te laden. Sta je dan. Geen taxi te bekennen. De 2,5 km maar lopen dan. Nat bezweet kom ik bij het hotel in Gua Musang aan. De dame achter de balie ontvangt mij vriendelijk en wijst de kamer. De kamer heeft een ‘slot’ dat altijd te openen is. Zonder sleutel. Geen optie. Volgende kamer is niet veel beter. Maar nummer drie heeft een ‘betrouwbare’ Amerikaanse draaiknop met slot. Verder ziet het er keurig uit. Dan op naar het station. Dit ligt prachtig naast een rotspartij met spelonken. Helaas is het echter onbemand en is er geen enkele informatie te vinden. Dan maar lunchen bij de lokale Chinees. Goede keus. Prima hap en de eigenaar weet te vertellen dat er een nieuw station is iets verderop. Hij beklaagt zich hier over. ‘Net als het busstation is het treinstation een nieuw project. Iets van lokale politici. Kost weer teveel. In tegen stelling tot Birma en Thailand gaat het met Maleisië steeds slechter. Er is veel corruptie’. Hij belt voor mij. Door een aardverschuiving eerder dit jaar is een deel van het spoor afgesloten en rijdt de trein alleen ’s nachts. Beetje jammer aangezien ik graag de jungle wil zien en er niet alleen door wil rijden. Terug in het hotel blijkt de receptie geen idee te hebben wat er hier te doen of te zien is. Scooter verhuur, geen idee. Kortom: maar een goed boek lezen.
De volgende dag naar het busstation, één van de drie, voor een ticket naar Kuala Lumpur. Taxi bellen is niet mogelijk, maar ‘bij het oude busstation zijn mensen die tegen betaling wel willen rijden’. Ik schiet een man aan en hij is zo vriendelijk mij, kosteloos, even te brengen. Kaartje in bezit en 3 km terug wandelen. Onderweg blijkt de jungle aan de rand van het dorp toch heel aardig. Fraaie vogels en de rivier biedt plaats wasvrouwen en spelende kinderen. Pak ik dan toch mooi even mee. Lunchen, rugzak ophalen en weer naar het oude busstation. Een groepje mannen hangt hier op een bankje naast hun auto. Moet het lokale ’taxibedrijf’ zijn. Blijkbaar hebben ze geen zin. Eén zegt nog 10 dollar. Even verderop vertelt een Chinees dat dit groepje mannen toch echt de ’taxicentrale’ is. Na wat heen en weer geroep kan het voor 15 RM. Moet maar. Onderweg rijden we langs de scooterverhuur. Toch al gauw 500 m van het hotel. Opmerkelijk.
De bus is dan wel een anderhalf uur te laat, maar slechts 33 RM, zo’n 10 USD, voor 280 km en luxe. Brede stoelen, drie in een rij, ligstand, massage en airco. Een prima manier om dit troosteloze dorp snel te verlaten.