Om 8 uur staat het vervoer voor de deur. Dan een lange busreis. In Gansbaai lunchen we eerst en gaan dan op de boot. Het is een dubbeldeksboot met 4×250 pk buitenboordmotoren er achter. We zijn dan ook in een kwartiertje op de plaats van bestemming. Bij aankomst worden we gelijk getrakteerd op een paar jonge walvissen die uit het water springen. Super om dit mee te pikken. De biologe aan boord, Kelly, moet ons bij de les roepen. We zijn hier immers niet voor de walvissen, hoewel mooi meegenomen, maar voor de witte haai.
De procedure wordt uitgelegd, terwijl een grote stevige kooi aan de zijkant van de boot wordt bevestigd. De wetsuits uitgedeeld en dan mag steeds een groep van 8 personen in de kooi. In de kooi is het wachten tot de haai zich laat zien. De eerste groep heeft geluk, er verschijnt al snel een 3 m lange witte haai. Vanaf het bovendek is de haai goed te zien en het lukt zelfs om een paar plaatjes te schieten. De medewerkers van de boot proberen de aandacht van de haaien te trekken door een bosje viskoppen als een theezakje door het water te halen en met een houten silhouet van een zeehondje. Verder wordt er een soort visoliemengsel in het water gegooid voor een, voor haaien, aantrekkelijk ruikspoor.
De tweede lichting moet lang dobberen voor er een haai komt, zo lang dat er iemand misselijk uitstapt en ik z’n plaats kan innemen. Niet veel later verschijnt een grote witte haai, een meter of 4,5 groot, voor onze ogen. Onder water is het zicht zeer beperkt en zie je de haai pas op zo’n 2,5 m afstand. Maar speciaal voor ons besluit de haai ook even tegen de kooi aan te schurken, zodat we haar van dichtbij kunnen bekijken. In een flits is ze dan ook weer in de diepte vertrokken. Toch mooi.
De boot ligt voor anker, dwars op de golfrichting en de boot en kooi gaan behoorlijk op en neer. Gevolg: een deel van de boot is zeeziek. Af en toe komt er een rog met een doorsnede van 1 à 1,5 m omhoog. Ook leuk om mee te pikken. Maar volgens biologe Kelly betekent dit wel dat de witte haai meestal uit de buurt blijft.
Dan op volle kracht terug naar de haven. De boot wordt op een trailer gevaren, omdat de getijden hier blijkbaar sterk zijn en de haven droog komt te vallen.
Dan even een soepje en een reclamepraatje, voordat we weer terug mogen naar Kaapstad. Onderweg zien we de fraai bloeiende bergen met gele, paarse en witte bloemen. Het stuk snelweg tussen Strand en Kaapstad herbergt de nodige townships aan beide zijden van de weg. De berm van de snelweg blijkt een uitgelezen plek voor kinderen om te voetballen en te ravotten. Okee de berm is een meter of 20 m breed, maar toch.
Naar de haaien
- Kleurrijk Kaapstad
- Bloemenlaken op de Tafelberg